Peter Houtman Special Uitreiking 3 mei 2023

Uitreiking Peter Houtman Special

Peter Houtman ontvangt uit handen van Boudewijn Warbroek de Hand in Hand Special tijdens de uitreikingsavond op Voetbalvereniging Meeuwenplaat te Hoogvliet. Met ruim 100 genodigde was het een prachtige avond ter ere van een echte Feijenoorder; Peter Houtman. 

Het is woensdag 3 mei 2023 en FSV De Feijenoorder blaast vandaag 92 kaarsjes uit.

Langs de weg en op de kantine van V.V. Meeuwenplaat wapperen de FSV vlaggen fier in de wind.

Dubbel feest!

Want in dit geval hangen de vlaggen uit voor de officiële presentatie van de Peter Houtman Special.

Circa 100 genodigden waren getuige van een ontspannen avond waarbij Jan Dirk Stouten de zoons van Peter leuke herinneringen uit hun jeugd liet opsommen. Zo kreeg Jeffrey de lachers op zijn hand toen hij vertelde hoe hij vroeger in de buurt oorlogje speelde met zijn vader, waarbij omwonenden verbaasd keken wat voor capriolen Peter allemaal uithaalde.

En Mike vertelde dat wanneer ze als gezin vroeger uit eten gingen en er een fan een praatje wilde maken, dat Peter rustig het gesprek aan ging en ondertussen de maaltijd al koud geworden was.  

Peter zelf heeft gevoetbald voor alle 3 de Rotterdamse clubs, maar is van huis uit een echte Feyenoorder. Van kinds af aan reed hij achterop het brommertje door de Maastunnel van West naar Zuid om Feyenoord aan te moedigen. Zo is Peter altijd verbonden geweest aan die mooie club op Rotterdam Zuid. Als supporter, als speler en inmiddels al 25 jaar als vaste stadionspreker.

 

De wat oudere supporter zal Peter herinneren van zijn weergaloze doelpunten tegen onze grootste rivaal. De jeugd kent hem vooral van het afscheidswoord na iedere thuiswedstrijd: “Doei, Doei!”

Dit is echter nooit een “bewussie” geweest, zoals Peter zelf zegt. Dit is toevallig zo ontstaan. En tegenwoordig krijgt hij na de wedstrijd van 40.000 man “Doei, Doei!” terug.

 

Peter Houtman is een week geleden geridderd in Orde van Oranje- Nassau.

Nuchter als Peter is, had hij tot in de kerk waar de plechtigheid plaats ging vinden, nog geen idee waarom hij daar was. Hij was in de veronderstelling dat er iets voor zijn zoon zou gebeuren.

En zo kennen wij Peter. Hij treedt niet graag op de voorgrond en is altijd bescheiden.

Zoals Jan Dirk Stouten al zei: “Peter staat gewoon te dweilen op zijn eigen feestje!”

 

Dit, nadat er in de zaal een glas was stuk gevallen.

 

We kijken terug op een geslaagde avond waarbij veel trotse en blije gezichten proostte op onze echte Feijenoorder; Peter Houtman.

 

Speciale dank gaat uit naar de sponsoren die deze avond medemogelijk hebben gemaakt:

Foto’s: Yannick Verhoeven
Tekst: Martijn Copier

Peter Houtman in de spotlight in jaarlijkse Hand in Hand special

Peter Houtman 20 jaar stadionspeaker

Ieder seizoen kiest de redactie van Hand in Hand magazine een echte Feyenoorder die het verdient in het zonnetje gezet te worden door wat hij of zij heeft betekend voor onze club. De volgende Feyenoorder die we toevoegen aan dit mooie rijtje is Peter Houtman. De special verschijnt eind april bij al onze leden op de mat!

Peter speelde tussen 1977 en 1989 meerdere jaren bij Feyenoord. De geboren Rotterdammer Peter staat bij supporters niet alleen bekend om zijn periode als voetballer bij Feyenoord. Ook onze jonge supporters kennen Peter als echte Feyenoorder! Welke wedstrijd je dan ook hebt meegemaakt in De Kuip, je ontkomt er bijna niet aan dat je Peter hebt gehoord.

In het seizoen 1983-1984 won Peter niet alleen de KNVB beker, ook werd hij in dit jaar landskampioen. Samen met onder andere Mario Been en Ben Wijnstekers past Peter in het rijtje van echte Feyenoord-iconen.

Peter speelde in een van de mooiste historische Feyenoordshirts, reisde al duizenden keren af naar het stadion en sprak met wel honderden wedstrijdmascottes langs de lijn. Voor onze redactie reden genoeg om de komende special compleet te wijden aan deze bijzondere Feyenoorder; Peter Houtman.

Jij kunt bij de uitreiking zijn!

Helaas kunnen we niet ieder lid uitnodigen voor deze uitreiking. Uiteraard willen we wel de mogelijkheid bieden dat onze trouwe leden hierbij aanwezig te laten zijn. Speciaal hierom zullen we voorafgaand aan de uitreiking 6 leden uitkiezen die samen met hun Feyenoord kameraad hierbij aanwezig kunnen zijn. Ben jij nog geen lid? Klik dan hier!

Hoe ontvang je de Peter Houtman special?

Dit is heel simpel. Als lid van FSV De Feijenoorder ontvang je direct na de uitgave van de special aan Peter Houtman, het speciale blad op jouw deurmat! Ben jij nog geen lid van de vereniging? Je kunt dit dit seizoen al zijn voor maar €9,54. Klik hier!

Lekker nassen met Joris Lutz

Tekst: Mark Boninsegna
Beeld: Mandy Horstink

Na een veel te lange afwezigheid mogen en kunnen we weer te gast zijn bij Ristorante La Salute van Libero en Lisette Lo Monaco. Dit keer schuift oer-Feyenoorder Joris Lutz aan tafel aan. Joris is muzikant, acteur, stadsgids en kinderboekenschrijver. Hij komt uit een echte acteursfamilie. Samen met zijn vader heeft hij in de begin jaren negentig uiterst populaire comedyserie ‘Ha, die Pa!’ gespeeld.

“Hoi Mark”, zegt Joris wanneer hij binnen komt lopen in het
oergezellige La Salute in Hillegersberg en bestelt gelijk een passend Moretti
biertje. Het is duidelijk dat Joris zichzelf hier op zijn gemak voelt. Hij
heeft het over zijn kinderen, over waar hij gisteren gegeten heeft met zijn
broer en hoe leuk dat was en gaat op de foto met Bacchus, de Romeinse god van
wijn en extase. Joris vliegt van links naar rechts; hij heeft er zin in.

Naar Feyenoord gaat Joris veel te weinig, naar zijn zin. De
laatste keer dat hij een seizoenkaart had, was toen Arie Haan nog trainer was.
Een seizoen dat zo een beetje pijn deed aan zijn ogen, zo slecht en lelijk om
te zien was het voetbal dat seizoen. Snel daarna kwamen de optredens op zondag ervoor
in de plaats; er moet uiteindelijk ook brood op de plank komen. “Gelukkig heb
ik een vriend die altijd wel een kaartje overheeft, dus als ik dan een keertje
niet hoef op te treden, dan kan ik zo mee. Supertof!”

Het HCS-gevoel

De laatste jaren zijn niet de leukste jaren van Feyenoord,
vindt Joris: “Ik heb toch weer een beetje dat HCS-gevoel. En dat heb ik met
kleine onderbrekingen al heel lang.’ Een van die onderbrekingen zijn de
sporadische kampioenschappen van onze club: ‘Dat is ook wel interessant als je
erover na gaat denken. Er zijn heel veel clubs in Nederland, waar het bijzonder
gezellig is als ze winnen of niet. Het is daar gewoon altijd gezellig. Maar bij
Feyenoord hangt er altijd dat gevoel dat we kampioen moeten worden. En dat
terwijl we vanaf de tachtiger jaren van de vorige eeuw al weten dat het een
uitzondering is dat we kampioen worden.”

Die ieder jaar terugkerende -bijna- onrealistische droom
komt doordat de club zo groot is. Niet Feyenoord zelf, maar alles wat er omheen
hangt. Die gigantische groep hondstrouwe supporters bijvoorbeeld. “Kijk, als ik
een of andere sjeik zou zijn, dan zou ik zonder na te denken zeggen dat ik
Feyenoord wil hebben. Feyenoord is een van de bijzonderste clubs ever!
Het is ook nog eens een club met een bijzonder stadion. Dat is bijna niet te
vergelijken! En daar is iedereen het over eens.”

Libero staat het met een grote glimlach allemaal aan te
horen terwijl hij twee grote borden vitello tonnato, een bord carpaccio en een
bord met bruschetta op tafel zet. Bell’Italia lacht ons van een, hoe kan het
ook anders, rood-wit tafelkleed toe. Alsof het land dat Europees kampioen is
geworden ons heeft horen praten en wil zeggen dat dromen kunnen uitkomen zolang
je er maar in blijft geloven.

Het grote geld

Terwijl Joris zijn bordje met een groots verlangen opschept,
vertelt hij dat hij onderweg naar hier heeft nagedacht en dat hij tot de
conclusie is gekomen dat het sinds 1995 helemaal fout is gegaan en dat het
Bosman-arrest daar toch wel een grote initiator van is geweest. “Bosman had
gelijk, maar nu 25 jaar later is dat een beetje doorgedreven. Spelers zijn niet
meer eigendom van de club, maar clubs gaan failliet door de te dure spelers.
Alle grote clubs staan op de rand van faillissement, doordat die salarissen
door het plafond gegaan zijn. Waarom doet niemand daar wat aan? Het geeft de
perversiteit van de wereld aan. En ik moet eerlijk zeggen dat die wereld mij
minder aanspreekt. Wil ik wel meedoen in zo’n wereld?”

Joris’ ogen zijn plotseling niet meer gericht op het heerlijke eten dat voor hem staat, maar naar de wereld. Een wereld die hij heeft zien veranderen en verharden en zelfs zijn geliefde voetbalclub Feyenoord heeft aangetast en langzaam van binnenuit opeet. Het voetbal draait niet meer om het voetbal. “Kijk, als je een bedrijfsprofessional van bovenaf mee laat kijken naar het reilen en zeilen van Feyenoord, dan weet ik zeker dat diegene zegt dat bijna de hele top weg moet en je die als de wiedeweerga moet vervangen door oud-spelers met knowhow. Want de top van Feyenoord, wie bepaalt wat nou precies goed is en wat is er nou echt goed gegaan is als je het kritisch bekijkt? Dat leiden door gerenommeerde oud-spelers wordt overigens misschien wel moeilijk, want zulke kladblokken hebben we haast niet, helaas.”

Het is dat de liefde voor Feyenoord retediep zit, anders
had Joris het wel geweten. “Als je de Nederlandse competitie vergelijkt met die
van Engeland, Italië of Spanje, dan zit de wereld meer te wachten op die andere
drie landen. Qua tv-inkomsten heeft de laatste club uit de Premier League meer
tv-inkomsten dan de kampioen van Nederland. En we willen maar meedoen. Dan
wordt er gezegd dat er uit de grote landen vier clubs mee mogen doen met de
Champions League, terwijl dat ooit bedoeld was voor alleen landskampioenen. En
dat is een perfide, naargeestige constructie. Daar wil ik geen deel van
uitmaken. Ik vind dat pervers. En daar probeert onze club zich in te handhaven.”
Het doet Joris zichtbaar zeer en knalt er nog snel achteraan: “Het is niet
eerlijk meer! Maar misschien moeten we maar gewoon een beetje door blijven
modderen en laat al die ‘rijkaards’ maar lekker die Super League doen met zijn
allen.”

‘We hebben het mooiste stadion van Europa’

“Nu willen we een nieuw stadion bouwen. Daar ben ik vanaf
de eerste dag op tegen. Ik vind dat helemaal niks. Het zal heus wel een mooi
gebouw worden, maar we hebben al het mooiste stadion van Europa. Er wordt
gedaan alsof het heel raar is om je stadion te verbouwen, maar Real Madrid,
Barcelona, Manchester United en Liverpool zitten allemaal nog in hun oude
stadion. Wie bepaalt dan dat zoiets niet goed is? Het idee dat als je er maar
een hoop geld tegenaan knalt dat het gaat werken. Hoe komen ze daarbij? Het
lijkt er meer om te gaan wie er rijk van wordt dan of het goed is voor
Feyenoord. We doen altijd alsof we geen maffia hebben in Nederland, maar we
zijn toch net Italië of Botswana. Al dat doorgeven van geld gebeurt hier ook.”

“Weet je, Michel van Egmond heeft het bij De Wereld Draait Door toen eens zo mooi gezegd over ons stadion: ‘Hier ligt geschiedenis. Liggen dromen, dromen die in puin zijn gevallen, tranen, euforische vreugde. Alles wat hier gebeurd is in al die jaren zit in dat stadion.’”

Plotseling staat Libero met kok van 24Kitchen en bassist
van de band van Marco Borsato, Giovanni Caminita naast de tafel. Want,
muzikanten moet je samenbrengen. Niets mooiers dan over een gezamenlijke passie
te praten. Joris vertelt dat hij met een eigen bewerking van de Bolero bezig is
en je ziet het vuur in de ogen van beide muzikanten.

Over muziek gesproken: toen Feyenoord in 1999 kampioen werd,
speelde Joris op het feestje van de spelers in een kroeg in Barendrecht. “Bosvelt
had mij gevraagd. Het was een zooitje, maar wat was het leuk. Later hoorden we
pas van de ongeregeldheden in de stad; daar hadden wij helemaal niets van
meegekregen.”

Ondertussen tikt de tijd verder en zitten onze buikjes vol. We hebben genoeg gegeten. Maar niet volgens Libero. Hij komt vervolgens met een speciale pizza aanwandelen. Wat er zo speciaal aan is, dat weten we niet, maar dat we hem verplicht moeten opeten, wel. En eerlijk is eerlijk, de speciale pizza is heerlijk. Italië en Rotterdam lijken soms best wel op elkaar, maar wat door de een door je strot geduwd wordt, is toch stukken beter dan de ander.

Bovenstaand artikel is geplaatst in het supportersmagazine Hand in Hand. Leden van De Feijenoorder ontvangen het magazine Hand in Hand automatisch. Ook Hand in Hand ontvangen? Klik hier en sluit je aan bij de officiële Feyenoord supportersvereniging.


De cover van de Hand in Hand Kampioensspecial

Vol trots presenteert FSV De Feijenooorder de cover van de Luxe Kampioensspecial. Op de voorkant ziet u trainer Giovanni van Bronckhorst die de schaal aan de supporters toont. In de special staan bijzondere supportersverhalen, interviews, belevenissen van leden, spelers, bestuurders en nog veel veel meer. 200 pagina’s vol met Kampioensverhalen meegemaakt in dit schitterende seizoen! 

Sfeeracties en het Megadoek

Megadoek hofplein 53
Naast de gebruikelijke spelersinterviews dit keer ook een item over de sfeeracties van De Feijenoorder, een fotocollage van het megadoek op Hofplein 19, verhalen van (buitenlandse) supporters rond de kampioensduels met Excelsior en Heracles en tot slot komen bekende supporters, oud-Feyenoorders en journalisten aan het woord en geven hun visie op de titel.

Leden

14-05-2017: Voetbal: Feyenoord-Heracles: Rotterdam Foto: Edwin Verheul
De special wordt 16/17 juni bezorgd bij leden van De Feijenoorder. Nog geen lid? Klik hier om lid te worden! Want leden ontvangen de Hand in Hand automatisch. Ben je 1908-Lid maar wil je het lidmaatschap per direct laten omzetten naar een lidmaatschap inclusief Hand in Hand? Stuur dan een e-mail naar [email protected] en ontvang de Kampioensspecial.

Luxe gelijmde rug en een extra dikke uitgave

De Kampioensspecial komt uit in een speciale uitgave. De rug van de special is gelijmd (gelumbeckt) en in plaats van de normale 85 pagina’s nu ruim 200 pagina’s dik. Een collectors item voor de Feyenoord supporter!

Interview met Giovanni van Bronckhorst

AdoFEY_190217_06789999
Naast de eerder genoemde items vinden we in de Kampioensspecial: een exclusief voor Hand in Hand gehouden interview met Giovanni van Bronckhorst, een tekst- en fotoverslag van onze reporters vanuit het stadhuis tijdens de huldiging, een rapport van de spelers, overzichten van de prestaties van de club, beleving van de supporters en werkzaamheden van De Feijenoorder gedurende het hele seizoen.
FeyHuldigingCool_150517_0395
En niet te vergeten: recensies van kampioensboeken, op de bank met de familie van Bronckhorst, historische verhalen over landstitels, foto’s van de jeugdkampioenen en nog veel meer. Tot slot staan de redactieleden nu zelf eens in de aandacht. Zij vertellen wat dit kampioenschap voor hen zo bijzonder maakte.

Word lid en ontvang de Kampioensspecial

De leden van De Feijenoorder (inclusief de Hand in Hand) ontvangen het blad automatisch. Wilt u de Kampioensspecial ook ontvangen maar bent u nog geen lid? Word lid van De Feijenoorder door hier te klikken. U ontvangt dan ook de reguliere uitgave van Hand in Hand vanaf nu tien keer per seizoen. Word lid, ontvang de Kampioensspecial en je bent lid t/m het seizoen 2017/2018. De Kampioensspecial is ook in de losse verkoop verkrijgbaar (€4,99) bij diverse boekhandels en supermarkten.

Van het bestuur, mei 2017

Dit mooie magazine kennen jullie allemaal. Maar De Feijenoorder is meer dan het magazine. Zo steken wij veel tijd in het behartigen van de belangen van Feyenoord-supporters en onze leden in het bijzonder. Wij voeren gesprekken met vele partijen en doen hieronder daarvan kort verslag.

Sfeeracties

16-04-2017: Voetbal: Feyenoord-FC Utrecht: Rotterdam Foto: Edwin VerheulHet sfeerteam van De Feijenoorder is volop in beweging. Bij de wedstrijd Feyenoord – PSV is het startsein gegeven voor een langlopende sfeeractie. Op het nummer “Feyenoord we houden van die club” volgt er bijna elke wedstrijd een zin uit het refrein van het nummer ingezongen door de spelersselectie in 1992. De vereniging ontvangt veel positieve reacties naar aanleiding van de sfeeracties. Goed nieuws, mede door u als lid kan de vereniging deze acties organiseren. Van elk lidmaatschap vloeit een deel van de contributie naar het sfeerteam dat vrijwillig en op positieve wijze het team ondersteunt.


Evenementen

Rinus Isra+½l 12 jaar Legioenfeest

De Feijenoorder heeft op zaterdag 8 april 2017 een Legioensfeest georganiseerd. De Legioenzaal bestond in april twaalf jaar en de vereniging heeft dit gevierd met de 12e man. In de middag kwamen er honderdvijfentwintig Kameraadjes en Jongerenleden spandoeken spuiten en kon er een Cheerleader clinic gevolgd worden. Na afloop zijn de kinderen met hun spandoek in De Kuip op de foto gegaan. Tussendoor was er tijd om een Feyenoord-cupcake te proeven. In de Legioenzaal hingen foto’s van de zaal door de jaren heen. Aan het einde van de middag kwam Rinus Israël zijn boek IJzeren Rinus signeren en in de avond was er de Legioenparty. In mei staat het laatste event van het seizoen gepland, namelijk het Groene Haas voetbaltoernooi. Het bestuur hoopt je bij het Groene Haas voetbaltoernooi te kunnen begroeten.


Schermen in De Kuip bij Excelsior Rotterdam – Feyenoord

Feyenoord speelt op 7 mei 2017 op Woudenstein de kampioenswedstrijd tegen Excelsior Rotterdam. Vanwege de geringe capaciteit van stadion Woudestein, zullen veel supporters geen kaart kunnen kopen. Als alternatief worden er TV-schermen in De Kuip geplaatst. Hierdoor kunnen supporters de wedstrijd samen en op een unieke manier beleven. Het plaatsen van schermen in De Kuip vergde veel voorbereiding en afstemming. De Feijenoorder is bij alle vergaderingen voor het schermenproject aanwezig geweest en juicht het definitief plaatsen van de schermen toe.

Noot: bij het schrijven van dit artikel was nog niet bekend, dat bij winst op Excelsior ook de huldiging in De Kuip zal plaatsvinden. De Feijenoorder is niet betrokken bij de totstandkoming van dit besluit.


Busreis vanuit het Noorden/Oosten naar De Kuip

De Feijenoorder heeft voor de thuiswedstrijd tegen FC Utrecht een bus vanuit het Noorden/Oosten naar De Kuip laten rijden. Vijfenzestig supporters reisden af naar De Kuip en zagen Feyenoord met 2-0 winnen. De Feijenoorder wil in de toekomst meer bussen laten rijden vanuit verschillende hoeken van het land. Wil je meehelpen om een busreis te organiseren? Stuur dan een e-mail naar [email protected].


Dirk Kuyt Foundation

Dirk Kuyt Foundation

FSV De Fejenoorder heeft op zondag 9 april 2017 namens De Dirk Kuyt Foundation hardgelopen voor het goede doel. Vier leden van de vereniging hebben samen tweeënveertig kilometer en honderdvijfennegentig meter afgelegd in de Business Estafette Marathon. Op 3 juni 2017 organiseert de Dirk Kuyt Foundation de Kampioenendag op het complex van Quick Boys. Een nationaal sportevenement voor sporters met een lichamelijk of verstandelijke beperking. Er komen achthonderd sporters naar de Kampioenendag. De entree is gratis, dus kom een kijkje nemen!


De Feijenoorder: geen ‘ja’ tegen Feyenoord City

De Supportersvereniging is niet overtuigd dat dit plan het beste is voor Feyenoord.

De Feijenoorder zegt geen ‘ja’ tegen de plannen voor Feyenoord City. Op donderdag 20 april 2017 zou de gemeenteraad een besluit nemen over Feyenoord City, maar er is meer tijd nodig om de plannen te bestuderen. Op donderdag 11 mei 2017 neemt de Rotterdamse gemeenteraad een besluit over de plannen voor Feyenoord City. De Feijenoorder is gevraagd steun te geven, met name aan het plan voor een nieuw stadion voor de club. De vereniging kan die steun voor de plannen met de huidige inzichten niet geven.

De vereniging heeft zich van meet af aan het standpunt gesteld, dat zij wil dat Feyenoord een financieel gezonde organisatie is en blijft. Met alle faciliteiten die bijdragen aan sportief succes. Het stadion moet een zo groot mogelijke impuls geven aan het spelersbudget en supporters moeten zich er thuis voelen.

Vanuit dit vertrekpunt heeft de vereniging gekeken naar de plannen voor Feyenoord City. Dat hebben wij gedaan met de expertise die wij in huis hebben, maar hebben ook gebruik gemaakt van expertise uit ons netwerk. De vereniging wil de beste, meest gezonde optie voor Feyenoord en geeft daaraan graag haar onvoorwaardelijke steun. Die steun moet helpen bij het realiseren van draagvlak voor besluiten die genomen gaan worden en is daarmee, zoals onderschreven door de Rotterdamse politiek, in belang van alle betrokken partijen.

Spelersbudget, voetbalstadion en normalisatie

Bij het beoordelen van de plannen voor een nieuw stadion heeft De Feijenoorder zich gericht op de volgende drie aspecten:

Spelersbudget, dat met een nieuw stadion significant hoger moet liggen dan bij renovatie en dan dat van de directe concurrenten. Daarbij moeten de financiële risico’s beperkt blijven. Het stadion mag nooit een blok aan het been van de club worden.

Voetbalstadion; het stadion moet een voetbalstadion zijn met veel ruimte voor sfeer en beleving. De lat ligt hoog, De Kuip die hierom wordt geroemd, is niet te evenaren.

Normalisatie; er moeten stappen gemaakt worden zodat supporters in de toekomst op een plezierige manier naar het stadion komen en de wedstrijden kunnen bezoeken. Dit is ook voor diverse politieke partijen een belangrijk punt. Gedurende de twee jaar dat er aan de stadionplannen is gewerkt, is hierop weinig vooruitgang geboekt.

Te veel onzekerheden

Feyenoord City heeft ons in de vele gesprekken onvoldoende kunnen overtuigen dat dit stadionplan het beste is voor de club. Zo zijn twijfels omtrent de groei in spelersbudget onvoldoende weggenomen.

De verwachte groei in spelersbudget is gering ten opzichte van de verhoudingsgewijs grote investeringen en risico’s. Er zijn drie cases uitgewerkt en in de meest aannemelijke case is het zeer de vraag of Feyenoord haar concurrenten Ajax en PSV bij kan halen, laat staan inhalen.

Er loopt nog een aanvullend onderzoek naar het spelersbudget. Waar het Feyenoord City plan Feyenoord kan brengen, is onduidelijk.

De club zou calculaties hebben waaruit blijkt dat bij het vorige renovatieplan (BAM plan) de spelersbegroting niet met 20 miljoen per seizoen zou stijgen. Maar zelfs dat renovatie de club financieel in gevaar zou brengen. Er is nog geen inzage gegeven in deze nieuwe en alternatieve feiten.

Daarmee is aan de belangrijkste criteria niet voldaan. Wij kunnen steun aan Feyenoord City niet aan onze achterban verkopen, als we trouw blijven aan de criteria die we aan het begin van het traject hebben gecommuniceerd én gedeeld met Feyenoord City.

Om meer vertrouwen in de plannen te krijgen moet Feyenoord City ervoor zorgen dat bij opening van het stadion het prijspeil van nu, een spelersbudget van meer dan 32,5 miljoen euro wordt gegarandeerd.

Tot slot, ook mobiliteit is voor ons een belangrijk punt. Feyenoord City komt met doelstellingen waarin staat, dat supporters op een andere manier naar het stadion moeten komen. Minder met de auto en meer met het openbaar vervoer. Dat kan supporters veel extra reistijd gaan kosten. Supporters mogen niet de dupe worden van mobiliteitsdoelstellingen! Bovendien zijn de mobiliteitsdoelstellingen erg ambitieus gesteld.

Het standpunt van de vereniging is gecommuniceerd in de week waarin in de gemeente nog volop is gediscussieerd over Feyenoord City. Het belang van een hoog spelersbudget is mede door toedoen van de De Feijenoorder prominenter op de agenda gekomen. Ook is er extra onderzoek naar gedaan door het onderzoeksbureau Hypercube. De uitkomsten daarvan zijn op het moment van schrijven van dit artikel net bekend bij het projectbureau van Feyenoord City. We blijven als vereniging in gesprek met Feyenoord City en zullen ons laten informeren over de uitkomsten van het onderzoek. Als de planning zo blijft zoals die nu is, heeft de gemeente waarschijnlijk bij uitkomen van ons blad al een besluit genomen.


Speciaal voor alle niet-leden van de Hand in Hand hebben we hieronder dit kleine stukje uit het magazine online gezet in PDF vorm. Laat uzelf informeren. Word lid van de De Feijenoorder!

[button color=”” size=”large” type=”” target=”_blank” link=”https://www.defeijenoorder.nl/wp-content/uploads/2017/06/bestuurstafelMei.pdf”]Hand in Hand, mei 2017 – Van de bestuurstafel![/button]

Hand in Hand, februari 2017: propvolle uitgave naast Henk Schouten-special

Eerder deze week kwam in het nieuws dat Henk Schouten de eerste special over zijn persoon in ontvangst had genomen. De redactie van Hand in Hand maakte dit magazine om de ernstige zieke oud-speler te eren. Dit weekend komt echter ook het reguliere magazine van februari uit. Leden van De Feijenoorder ontvangen deze uitgave plus de Henk Schouten-special thuis. Ook is de Hand in Hand, met onder meer een interview met Jens Toornstra, in menig boekhandel los te koop.

Deze Hand in Hand bevat naast alle vaste rubrieken ook weer twee spelersinterviews. Daarin zijn Toornstra en Miquel Nelom positief gestemd over de kansen op de titel. “Dit jaar is het anders dan onder Koeman (toen de titel net werd misgelopen, red.), omdat we vanaf dag één bovenaan staan. Dit seizoen is Feyenoord duidelijk de te kloppen ploeg”, aldus Nelom. “Geloof in de titel moet je altijd hebben, maar zeker nu”, is de mening van Toornstra, die ook één aspect benoemd waardoor Feyenoord het zo goed doet. “We maken vaak doelpunten in de laatste twintig minuten. Dat zegt ook iets over onze conditie en fitheid.”

Hih Februari2

Verder in deze Hand in Hand: Over Mijn Lijk met Ruud Heus, op de bank met Joke Kreijermaat (de vrouw van Reinier), een uitgebreide recensie van het nieuwe Feyenoord-voorleesboek, fotograaf Willem de Kam die vanaf de tribune zijn plaatjes schiet, een beeldverslag van het trainingskamp in Marbella, een ode aan Nicolas Jørgensen en daaraan gekoppeld een overzicht van spitsen die niet zo succesvol waren in het Feyenoord-shirts, tickets en programmaboekjes door de jaren heen, een interview met supporter Martin van Waardenberg en verslagen van uitduels.

Hand in Hand verschijnt periodiek en wordt automatisch verstuurd aan alle hoofdleden van De Feijenoorder. Het blad is tevens te koop in de losse verkoop. Lid worden van De Feijenoorder doet u door hier te klikken. Als hoofdlid geniet u naast vele voordelen maandelijks van ons exclusieve magazine Hand in Hand.

Bron: Hand in Hand, februari 2017

Buiten De Lijnen, Paul de Munnik

Paul de Munnik. Zanger, muzikant, tot maart 2015 samen met Thomas Acda. Paul is nu op de solotoer en zijn liefde voor Feyenoord is bekend. Hij zong live voor het Kuippubliek “You never walk alone” en “Mijn Feyenoord”. We zochten hem in december 2016 op in de Stadsgehoorzaal van Vlaardingen, waar hij die avond zijn theaterprogramma speelde.

Tekst Peter Tetteroo
Foto’s: Edwin Verheul, Peter Tetteroo

1970

Feyenoord wint op 6 mei 1970 de Europacup in Milaan en op 9 september de Wereldbeker in Rotterdam. Drie weken later wordt in Dronten Paul de Munnik geboren. In dat jaar komen ook enkele bijzondere LP’s uit. Klassiek geworden vanwege de harmonische zangpartijen zoals op Déjà Vu, Bridge over Troubled Water, Sunflower en Let It Be.  Een fantastisch voetbal- en muziekjaar. Zouden in dat jaar onbewust de roots van De Munnik op voetbal- en muziekgebied liggen?

Jaren 80

Paul: “Als kind kies je een club. In de buurt van Dronten waren de meesten voor Pec en Ajax. Mijn broer koos voor Utrecht en ik viel als 10 jarige voor Feyenoord. Daar zat geen plan achter maar het gebeurde gewoon.”

In Pauls herinnering waren het de jaren van Gullit, Wijnstekers, Been en Cruijff. En inderdaad, in 1980 wint onze club de beker en in 1984 zelfs de dubbel. Van Hanegem neemt afscheid in 1983, maar scorebordjournalistiek leert ons dat de jaren 80 verder niet de succesvolste uit de clubgeschiedenis waren. Paul: “In weet nog goed dat ik in 1984 met Ajaxvriendjes naar de radio zat te luisteren op zondagmiddag 18 september. Ik was nog net geen 14 en beleefde een middag ‘from hell’. 8-2 verliezen. Maar goed, we werden dat seizoen toch kampioen en dat was groot feest. De jaren 80, een goed decennium om als supporter gehard te raken. En dat gebeurde bij De Munnik. Feyenoordsupporter met de wetenschap dat er ook weer succes zal komen. Het kan even duren, maar het komt altijd weer.

Zelf sporten

Paul de Munnik voetbalde tot aan de A-tjes bij ASV Dronten. Hij was een snelle rechtsbuiten, maar niet heel goed. Een gemiddelde voetballer, die in de puberteit zijn kicksen verruilde voor andere interesses. De muziek kwam daarbij ook om de hoek kijken. Voetballen doet Paul niet meer, maar hij houdt zijn conditie op peil met hardlopen en in de sportschool.

Rotterdam-Zuid

De Munnik kan maar een keer of vier in een seizoen naar Rotterdam-Zuid. Hij heeft een gezin, woont ver weg en zijn artistieke leven zit er ook omheen.
Paul de Munnik
Paul: “Mijn twee jongens zijn voor Feyenoord. De oudste, Ezra, is het meest fanatiek en de jongste, Aram, begint ook de geest te krijgen. Ik ga wel eens met anderen mee naar De Kuip, want ik heb zelf geen seizoenkaart en dan neem ik ze mee. Ezra deed laatst een keepersclinic bij Oscar Moens op Varkenoord. Allemaal leuk, want ik kom graag in De Kuip en op Varkenoord. De Kuip is zo’n prachtige voetbaltempel, met zoveel sfeer, het is zoveel leuker dan in welk ander stadion dan ook. De plannen voor een nieuw stadion vind ik op zich wel mooi, maar ik moet nog zien of het echt allemaal doorgaat hoor.” Horen wij daar twijfels in Pauls stem?

Live

Paul de Munnik heeft veel wedstrijden op zijn netvlies, maar twee springen er voor hem uit. Paul: “Ik was bij de finale van de UEFA-Cup tussen Feyenoord en Dortmund in het seizoen van Pierre, een onvergetelijke avond en in de herfst van 2014 was de 2-0 winst op Sevilla een te gekke wedstrijd. Toornstra en El Ahmadi scoorden in de tweede helft. Echte Kuipsfeer. Maar ik ben ook afgedropen toen we eens met 0-4 de boot ingingen tegen Ajax. Ik kwam dan mijn Ajaxvriendjes weer tegen in de week erna. Dan zat ik weer in het busje met Thomas Acda en David Middelhof, allebei voor Ajax …

Karakters

Paul: “John de Wolf, dat was in mijn ogen een echte Feyenoorder. Zo wil je ze zien. Ik vind juist het verdedigen bij Feyenoord passen. Denk aan al die legendarische spelers als Israel, Laseroms, De Wolf, Wijnstekers en nog niet zo lang geleden Martins Indi, De Vrij en Janmaat, daar werd Oranje bijna wereldkampioen mee. Jammer dat die in één klap weggingen, want dat heeft ons een jaar gekost. Gio, ook zo’n grote naam. Geweldig dat hij het nu zo goed doet. Hij bewaart de rust en bouwt stap voor stap aan het team. Mijn eigen karakter past daar goed bij. Ik denk ook vanuit een degelijke opbouw. Het moet goed staan. Goed georganiseerd zijn. Zo bouwen we een show op. Anders dan Thomas Acda, die was opportunistischer, kijken waar we even kunnen scoren, speelser. Voor ons werkte dat juist heel goed. Dat bracht balans in het duo.

Feyenoordliederen

Mijn Feyenoord is het ultieme lied voor De Munnik. Paul: “Dat lied heeft een sterke melodie en is ook mooi om te zingen. Ik heb het een paar keer live gedaan in De Kuip. Eén keer op de middenstip tegen Sparta of Excelsior voor een goed doel en één keer op de open dag waar ik Lee Towers verving omdat hij last van zijn rug had. Hand in hand is ‘het’ Feyenoord-lied, hoewel ik laatst ergens las dat het eigenlijk bij een andere club hoorde.” Maar als je in het stadion bent en je hoort de liederen die daar gezongen worden, vind ik die ook helemaal te gek.”
Paul de Munnik
Over Hand in Hand. Rotterdammer Johnny Hoes voetbalde bij Coal, óók Rotterdam. Coal had in die tijd een clublied met de volgende tekst: ‘Hand in hand, kameraden, hand in hand voor Coal 1. Hoes kwam later Japie Valkhof tegen, die de tekst aanpaste aan zijn club, Feyenoord. Begin jaren zestig werd het op single uitgebracht als Feyenoord-lied en is dat sindsdien gebleven.

Kan De Munnik niet eens zelf een Feyenoord-lied maken?
Paul: “Daar heb ik eigenlijk nog nooit over nagedacht. Als ik een lied voor Feyenoord zou schrijven, is het een blues. Het gaat over het gevoel dat je hebt voor iets, waarvan je eigenlijk denkt: hoe kan je daar nou zo verliefd op zijn? 11 mannen die achter een bal aan rennen, hoe kan dat nou zo diep zitten? Zo van: Ik woon slecht, met mijn vrouw heb ik altijd ruzie, de kinderen willen niet deugen, ik heb zwaar werk en dan ben ik ook nog voor Feyenoord. Toch zit het in mijn hart. Dat is de Feyenoord-blues.”

Rotterdam-Amsterdam

“Met Amsterdamse vrienden raak ik altijd in verhitte discussies. Dat willen we helemaal niet,  we hebben het over voetbal, over een spelletje. Maar dan gaat het van: jullie bij Ajax of jullie bij Feyenoord en dan ontstaat er ineens iets fanatieks. Het is jammer dat een gesprek aan de kroegtafel kan overslaan in een 010 en 020 gesprek, nee dat hoeft voor mij niet. Een discussie, een verhitte discussie, prima, maar drink wel een biertje samen. Ik hoorde van Jean Paul van Gastel dat hij niet meer op Leidse Plein kan komen. Wat is dat voor onzin.”
Paul de Munnik
Alweer een paar jaar terug werden Acda en De Munnik door ‘Eredivisie Live’ gevraagd om het commentaar bij een Ajax-Feyenoord in de ArenA te komen doen. Het leek ze leuk en zegden toe. Vlak voor de wedstrijd kreeg De Munnik echter een mailtje.

Paul: “Ik kreeg een mailtje dat het niet doorging. Feyenoord-supporters mochten het stadion niet in, ik was een Feyenoord-supporter, dus ik was ook niet welkom. Kom op hé. Het was voor de televisie, leuk toch? Nee, dit soort dingen vind ik bizar.”

Kampioen?

We zijn Winterkampioen, Winterkoning. Wat een weelde voor ons Feyenoord-supporters. We durven voorzichtig te dromen over maart/april/mei. Waar zullen we dan staan? We hebben te vaak meegemaakt dat het net niet of helemaal niet lukte. Er zijn supporters genoeg die nog nooit een landskampioenschap hebben meegemaakt. 1999 was de laatste keer. In de 21ste eeuw nog niet één keer hè?

Paul: “Verleden jaar ging het tot vlak voor de winterstop goed en wat er daarna gebeurde, weten we allemaal. Ik was even bang dat het weer zo zou gaan. Tegen Nec en Ajax was het billenknijpen. Om van uit tegen Go Ahead maar niet te spreken. Ik zag het alweer gebeuren: de koppies naar beneden. Zoiets gebeurt te vaak bij Feyenoord. Ik weet nog dat die Cissé voor Roda een geweldige wedstrijd tegen ons speelde en dat hij later bij Feyenoord geen deuk in een pakje boter meer schopte. Hoe kan dat? Hoe kan dat erin sluipen? Maar het lijkt erop dat het dit keer anders gaat. Het team heeft zich herpakt na die paar mindere wedstrijden. We hebben een geweldige selectie. Er is vertrouwen en ik geloof erin, maar het is spannend hoe we uit de winterstop komen. Gaat dat goed, dan kan het gebeuren.”

Dit artikel is verschenen in de meest recente uitgave van Hand in Hand. Hand in Hand verschijnt periodiek en wordt automatisch verstuurd aan alle leden van De Feijenoorder. Het blad is tevens te koop in de losse verkoop. Lid worden van De Feijenoorder kan hier.

Van kraakpand naar Kuip

 “Feyenoord is altijd het enige constante in mijn leven geweest”

Iwan van Duren (50) werd in 2016 wat hij altijd al wilde zijn. Maar daar zag het lang niet naar uit. Hij was een linkse activist die op een dodenlijst stond. Via een lange omweg belandde hij toch waar hij wilde zijn: als VI-watcher in De Kuip. Hoe een kraker met Feyenoord-liefde sportjournalist werd.

Tekst: Daan Rieken
Foto’s: Edwin Verheul en Daan Rieken

Een vrijdagavond, eind november. Van Duren staat in de bibliotheek van het Gelderse Beek-Ubbergen voor een vitrinekast. Hij tuurt erin. Tussen wat sportprullaria staan boeken uitgestald met titels als Voetbal in een vuile oorlog, Guus Hiddink, Voetbal & Maffia, Voetbal & Maffia in de Lage Landen, Eindspel en Slag om de skyboxen. Het zijn zíjn boeken. Ze weerspiegelen de wonderlijke loop die z’n leven genomen heeft.

In 2008 mocht de oud-kraker ineens naar Pauw & Witteman om te vertellen over een spraakmakend verhaal – sportboek van het jaar – dat hij met Marcel Rözer maakte over het WK van 1978 in Argentinië. Een bundel over matchfixing verder, was de gewezen activist plots een gevierd onderzoeksjournalist. En nu hebben zo’n vijftig mensen betaald om in een bibliotheek te komen luisteren naar een lezing. Van hem. Iemand die niet eens zo lang geleden nog slangen van tankstations doorsneed uit protest tegen Shell en de apartheid in Zuid-Afrika. Man die naar eigen zeggen niets kan. Zelfbenoemd figuur zonder ruggengraat.

Links en rechts slaan biebbezoekers hem op de schouders. Velen kennen hem van tv en zijn werk voor VI, anderen juist van vroeger. Hij woonde hier hemelsbreed nog geen twee kilometer vandaan. Tot zijn 35e bivakkeerde Van Duren in ‘de Refter’. Een kasteelachtig Ubbergens pand waarin een democratische leefgemeenschap huist, met als doel een milieu- en mensvriendelijker bestaan te leiden. Het is een uitvloeisel van zijn activistentijd. Vanaf eind jaren tachtig was hij actief in de Nijmeegse krakersscene. Hij verzette zich tegen de ontruiming van kraakpanden, maakte radicale radioprogramma’s, richtte een alternatieve linkse boekhandel op en deed veel dingen waarover bekenden uit die tijd nog steeds liever zwijgen. De angst voor strafvervolging is te groot.

“Of ik molotovcocktails gegooid heb?” Van Duren peinst. “Als dat zo was zou ik het niet zeggen. Spijt van die tijd heb ik niet. Ik deed niemand iets aan waar ik niet achter stond en was domweg gelukkig. Wel vind ik het naïef hoe zwart-wit ik de wereld toen bekeek. Een aparte periode. Zonder telefoon, zonder internet: ik had niets. En ik kon ook niets. Was hier vaak in de bieb te vinden om boeken te lezen waarvan ik me de aanschaf niet kon veroorloven.”

Milieu, woningnood, apartheid, gevangen gehouden apen, biologisch voedsel: kraker Van Duren hield zich met alles, behalve zichzelf bezig. Het doel was simpel. De wereld verbeteren. Dat werd trouwens niet door iedereen gewaardeerd. Volgens het Openbaar Ministerie was de man die in 2005 activist Louis Sévèke doodschoot als wraak voor zijn verbanning uit de Nijmeegse krakerswereld, waarschijnlijk op zoek naar Van Duren. Die had geluk: Marcel T. kon ‘m niet vinden en knalde zijn vriend neer.

De Voetbal International-journalist krabt aan z’n hoofd als ie voor z’n lezing de vitrinekast met al zijn boeken bekijkt. Moet je zien waar hij nu is. Hij woont nog steeds in de buurt van Nijmegen, maar inmiddels in een mooi optrekje aan de Ooijse Banddijk met uitzicht over de Waal. Om te lezen hoeft hij al lang niet meer naar de bieb, in de boekhandel kan hij kopen wat ie wil. Van Duren dankt zijn welvaart aan een tegenstelling. Het met collega Tom Knipping schrijven over misbruik van geld in de voetbalwereld, leverde hém juist centen op. Jaren worstelde hij zich daarvoor door stapels archieven, politiedossiers en reisde hij van Thailand tot de Cariben. Toch doet hij pas sinds dit jaar wat hij echt leuk vindt: Feyenoord volgen.

“Mijn ouders dachten dat ik een genie was en lachten me uit als jochie van tien. ‘Heb je zoveel hersens en zit je kop alleen maar vol met onzinnige weetjes over Feyenoord. Daar ga je nooit je geld mee verdienen.’” Luid gebulder. “Daarom is het juist zo ontzettend mooi dat ik dat voor de VI sinds dit seizoen wel doe. Ik leef mijn droom. Je moest eens weten hoeveel moeite ik vroeger moest doen om aan kaarten voor topwedstrijden van Feyenoord te komen en nu loop ik met mijn perspas lachend overal naar binnen. In de rust krijg ik nog een kroketje ook. Écht, de cirkel is rond.”

Glijbaan richting afgrond

Hoe een kraker journalist werd? Terug naar eind vorige eeuw als Van Duren nog in de Refter woont. Hij is als supporter mee geweest naar Feyenoords winterse trainingskamp in Antalya en cirkelt met de selectie boven Schiphol, als het zweet hem uitbreekt. Waarom staat zijn nek scheef op zijn hoofd? Hoe kan het dat hij zo weinig adem krijgt? En wat veroorzaakt dat draaierige gevoel? De antwoorden kent Van Duren niet, maar één ding weet hij zeker. Hij wil uit dat vliegtuig en wel nu meteen.

In de weken daarna blijven de angstvlagen terugkomen. Slapen lukt niet meer. ‘Ik word gek’, denkt het lijdend voorwerp. ‘Paniekaanvallen’, weten deskundigen. Voor Van Duren voelt zijn leven als een glijbaan met eindbestemming afgrond. Een goede vriendin heeft vlak daarvoor zelfmoord gepleegd. Samen runnen ze in Nijmegen de linkse boekhandel Assata, tot het moment dat Van Duren haar levenloze lichaam aantreft in het opslaghok achter de winkel. Overal waar hij komt, ziet hij haar daarna hangen. Wekenlang blijft dat beeld hem achtervolgen. Net als de paniek.

Als de rust mede dankzij een slaappil, langzaam terugkeert in zijn hoofd, neemt de wereldverbeteraar, ouder dan dertig al, een besluit. Het is tijd om behalve aan anderen ook eens aan zichzelf te denken. Maar hoe moet dat in vredesnaam? Naast kraker is hij niet zoveel. Ja, voetbalfanaat. Zo eentje die als kind correspondeert met Louis van Gaal en Michel Valke. Hartstochtelijk Feyenoord-supporter bovendien. Als Van Duren écht aan zichzelf moet denken, kan ie niets anders verzinnen dan iets krankzinnigs: sportjournalist worden.

Zo nu en dan wordt er nog gelachen op de redactie van De Gelderlander als Van Duren weer eens in beeld is verschenen bij Studio Voetbal. Dat is toch die gast die ooit heeft opgebeld om te zeggen dat ie desnoods wc’s wil schoonmaken, om maar bij de krant aan de slag te kunnen? Ja, dat is die gast. Na een assessment om uit te vinden wat hij écht wil met zijn leven, is de keuze voor Van Duren snel gemaakt. Om advocaat te worden moet ie veel te lang studeren. Om journalist te zijn – de andere uitkomst – hoeft hij alleen maar een bordje op zijn deur te spijkeren. ‘Iwan van Duren, journalist’. Het enige probleem: hij is dan wel journalist, maar zonder werk.

Op naar sportschrijver Marcel Rözer dus. Die woont ook in Nijmegen en speelt in het voetbalteam van één van Iwans vrienden. De geboren Achterhoeker geeft Van Duren slechts één advies: ga schrijven tot je erbij neervalt, liefst bij een regionale krant. Dús meldt hij zich in 2000 bij Hand in Hand, stalkt ie Michel van Egmond tot hij aan de slag mag bij diens Feyenoord Krant én belt Van Duren de chefs van alle Gelderlander-redacties helemaal tureluurs. Zij moeten vooral hard lachen om die hippie die voorstelt om als het niet anders kan, eerst maar de toiletten te gaan poetsen. Tot er een maand later niemand beschikbaar is om te schrijven over dat volleybalpotje in Millingen, een uithoek tegen de Duitse grens. Van Duren wel. Hij tuft met een blocnote onder de arm vijftien kilometer op zijn fiets heen en weer. In het weekend erna mag hij weer. Nu naar het amateurvoetbal. Zijn verslag over vijfdeklasser DVSG valt in de smaak. “Wellicht moest u gisteren uw belastingformulier invullen of bij uw schoonmoeder op de koffie”, opent hij, “maar het kon nog erger, want de wedstrijd tussen DVSG en…” Die maandag wordt Van Duren op de redactie met applaus onthaald door De Gelderlander-coryfee Jaap van Essen.

Van Essen erkent Van Durens talent. De excentriekeling die altijd met zijn racefiets over de schouder het krantengebouw binnenstapt, praat net zo gemakkelijk met de criminele voorzitter van een amateurclub als met hoge piefen bij NEC en kan nog origineel schrijven ook. Hij tipt Voetbal Internationals Johan Derksen. Als Van Duren de besnorde journalist aan de lijn krijgt, denkt hij eerst dat vrienden hem in de maling nemen. “Bel over een maand maar terug.” Pas als even later ook de secretaresse van VI’s hoofdredacteur aan de telefoon hangt, durft hij een afspraak te maken. Voor de zekerheid laat hij de zakelijke Derksen niet naar het linkse bolwerk de Refter komen, maar spreekt hij af in een hotel verderop. Daar is het zo gepiept: hippie of niet, Van Duren mag bij het grootste voetbalblad van Nederland komen werken.

Ineens hoeft hij niet meer met de fiets naar de boekwinkel in Nijmegen, maar pakt hij de trein naar Gouda. De VI-collega’s zien het meteen als hij er met een boekje over Pablo Picasso onder de arm in 2002 voor het eerst binnenstapt: alternatief figuur, aparte vogel. Het werkt er net zo als in de Feyenoord-spelersbus, waar begin dit seizoen een voetballer met De Volkskrant binnen komt lopen. Ook Van Duren wordt meteen ‘de professor’ genoemd.

Het journalistieke leven van ‘de professor’ neemt een enorme vlucht, zeker na het uitkomen van Voetbal in een vuile oorlog. Via een tip over Belchinezen belandt hij met Tom Knipping in de duistere wereld van matchfixing en volgen er meer bestsellers. Uit angst voor de gokmaffia slaapt Van Duren met een oud pistool van zijn vader naast zijn bed. “Het overkwam me allemaal. Ineens was ik Iwan de bestsellerauteur, Iwan de onderzoeksjournalist. En het ergste: ineens zat ik op tv met een colbert aan lucht te verplaatsen. Inderdaad, eigenlijk werd ik iemand die ik helemaal niet wilde zijn.”

Was je dat al niet vanaf het moment dat je als oud-kraker je geld ging verdienen in de oer-commerciële voetbalwereld?
“Het is soms net alsof ik naar een film kijk, waarin ik zelf meespeel. De wereld van de maatpakken vind ik geen leuke wereld. En die commercie rondom het voetbal maakt me kotsmisselijk. Maar iemand zal toch moeten controleren of het klopt wat de mannen in de skyboxen of businessunits bij Feyenoord, zeggen. Om te kijken of ze wel of niet de waarheid spreken, moet ik me in hun midden begeven. Dát is mijn rol als journalist, of ik me daar happy voel, is dan niet zo relevant.”

Oude linkse vrienden vragen zich af of je jezelf niet verloochent.
“Die paniekaanvallen hebben me de ogen geopend. Als er drie mensen boos worden omdat je op een feestje een worstje pakt, is er ook geen sprake meer van vrijheid. Op een bepaald moment vond ik de actiewereld nog benauwender dan de wereld van de skyboxen. Maar ik sta nog steeds achter mijn idealen. En ja, die verloochen ik door mijn tijd te stoppen in iets onzinnigs als voetbal. Ik heb vrienden die zich fulltime inzetten voor Syrische kinderen die dreigen het land uitgezet te worden. Ik zou veel meer waarde hebben als ik mijn tijd ook stopte in hulp aan die kinderen in plaats van het schrijven van stukjes over sport. Vind ik nog steeds lastig. Aan de andere kant: voor de kraker Van Duren is een kritische journalist teruggekomen. Ik ben trots op de boeken die we over matchfixing hebben gemaakt. Ik kijk vol verbijstering naar de rol van geld in de voetballerij. Hoe langer ik me erin begeef, hoe erger het blijkt te zijn. Ik voel me honderd keer meer thuis op de blauwe stoeltjes van de gewone tribune dan op de duurbetaalde rode zitjes. God zegene de dag dat ik weer als supporter naar de stadions kan.”

Weg van de te dure pakken, de te snelle auto’s en de te rijke vriendjes van vriendjes die de poet verdelen: het is daarom dat Van Duren zelf twee jaar geleden vraagt om na al zijn financiële onderzoekswerk voor VI eens het vrouwenvoetbal te mogen volgen. Terug naar de puurheid, terug naar de basis. Uiteindelijk zelfs terug naar Feyenoord, zijn eigen basis.
Van Durens liefde voor de club van Rotterdam-Zuid zit diep. Zijn naam duikt al sinds begin jaren negentig op in clubblaadjes. Nog voor zijn journalistenloopbaan verschijnt hij in Hand in Hand als roerganger van de ‘Feyenoord-fans tegen racisme-actie’, hij schrijft voor het kortlopende supportersblad Daar aan de Maas en voor wie het kwartje na al die hints nog niet is gevallen, heeft hij 1908 – het oprichtingsjaar van de club – opgenomen in zijn e-mailadres. Iwan van Duren is al vanaf dat hij kon praten, voor Feyenoord en daarom maakt hij één afspraak met zichzelf: als VI-journalist zal hij Feyenoord nooit volgen. Tot de nieuwe hoofdredacteur Christiaan Ruesink afgelopen zomer voor zijn neus staat met dé vraag. “Ja”, hoort Van Duren zichzelf zeggen, “ik wil Feyenoord wel volgen.”

Waarom nu ineens wel?
“Omdat Christiaan mijn ogen zag flonkeren toen hij zijn vraag stelde. Ik heb passie voor het vak en de club. Bezit best een aardig trackrecord als onderzoeksjournalist. Volgens mij kan geen andere journalist beter dan ik beschrijven wat er speelt in De Kuip én wat er leeft in de harten van supporters.”

Na de uitwedstrijd tegen Manchester United tweette je: ‘Op het veld verloren, buiten het veld gewonnen.’ Het gezang van de Feyenoord-aanhang deed je veel hè?
“Daar krijg ik kippenvel van, ja. De schoonheid van Feyenoord zit hem in de gigantisch betrokken supporters. Dát is de magie van deze club. Vroeger reisde ik ook mee naar Europese uitwedstrijden. Als we dan terugkwamen uit Zaragoza en ik ons gezang op de video van de wedstrijd niet terug hoorde, had ik er echt de pest in.”

Dat klinkt meer als een hardcore Feyenoord-supporter dan een objectief clubwatcher van het grootste voetbalblad van Nederland.
“Ach. Alle grote sportjournalisten zijn zogenaamd objectief. Ik weet dat het onzin is. En of ik nu Ajax, PSV of Feyenoord volg: ik doe het allemaal even professioneel. Het enige verschil is dat ik met de pest in mijn lijf naar de ArenA zou rijden en fluitend richting De Kuip cross. Ik ga laten zien dat het voor een club helemaal geen voordeel is om gevolgd te worden door een watcher die betrokken is. Er is veel onvrede rondom het nieuwe stadion, er heerst bijna een burgeroorlog binnen de club: daar moet over geschreven worden. Ik kan een mooi doorgeefluik zijn voor de kritische geluiden. Ik heb een drie meter hoge stapel Feyenoord-dossiers liggen en omdat Martijn (Krabbendam, red.) nog steeds geen interviews mag doen, leer ik ook de spelers kennen. Straks ga ik me erg met de discussie bemoeien en zaken onthullen. Geef me even de tijd.”

Komt de supporter Van Duren niet in gewetensnood als hij iets kan publiceren wat een bom onder Feyenoord legt?
“Nee, want Feyenoord kan nooit kapot. Wij zitten hier toch met zijn tweeën? Wij zijn Feyenoord. De supporters zijn Feyenoord. Als er zulke schimmige zaken plaatsvinden dat ik met een artikel de club kapot kan maken, blaas ik iets op, wat Feyenoord niet is. Dan gaan we verder zoals Beerschot of Glasgow Rangers. In de onderste klasse beginnen, maar mét de ziel van de club, de supporters. Terug naar de basis, ik kan me er als romanticus bijna op verheugen. Van mij hoeft Feyenoord de Champions League niet te winnen.”

De kelder in

Van Duren doet zijn verhaal een paar weken nadat ie voor die vitrinekast in de bieb van Beek stond. Aan de keukentafel van zijn dijkwoning wordt ie onderbroken door zoontje Pax (2), die komt aangestormd met een gebreid Feyenoord-poppetje in zijn hand. Van Duren: “Als mensen hem vragen waar ik ben of als hij een bal op tv ziet, roept hij ‘Faaienot’.” Met een verliefde blik op het guitige mannetje dat eerder aangemeld was bij de Kameraadjes dan bij de gemeente. “Paxie is ook voor Feyenoord hè, anders gaat ie de kelder in.”
Zelf mist de journalist in zijn jeugd een stabiele thuisbasis. Ieder jaar kan hij zich aanmelden bij een nieuwe voetbalclub. Z’n vader (oud-bokskampioen) reist als crisismanager de hele wereld over, het gezin volgt in zijn kielzog. Tot zijn zestiende woont Van Duren op achttien verschillende plekken. Van Aalten tot Nigeria.
Iwan van Duren
“Misschien is hij altijd op zoek geweest naar een familie om bij te horen”, filosofeert Marcel Rözer. Hij herinnert zich nog goed de eerste kennismaking met Van Duren, die als enige supporter aanwezig was bij de kampioenswedstrijd van zijn voetbalelftal. “Er speelden twee vrienden van hem in ons team. Iwan kwam kijken. Als een concurrent punten liet liggen, was de titel voor ons. Terwijl wij met z’n allen aan de bar zaten, bleef Iwan maar bellen met de bestuurskamer van die andere club. Op een bepaald moment kwam hij de kantine ingestormd: ‘We zijn kampioen!’ Hij was oprecht blij, maar het was de eerste keer dat we hem zagen. Wellicht dat ie dat saamhorigheidsgevoel vond bij ons team, net als in de kraakbeweging en de supportersgroepen van Feyenoord.”

“Prachtige anekdote”, zegt Van Duren over de teksten die Rözer zelf afdoet als psychologie van de ijskoude grond. “Het typeert mij, omdat ik toen al de journalist was die blééf bellen. En wat hij daarna beweert klopt ook. Feyenoord is altijd het enige constante geweest in mijn leven. Hoe de liefde erin is gekomen, weet ik niet, maar het is nooit meer overgegaan. Of we nu in Nigeria waren of op een Engelse kostschool: overal leverde Feyenoord me gespreksstof en een paar vriendjes op.”

De liefde gaat ver. Op reis in Thailand breekt Van Duren ooit de deur open van de enige kroeg waar ze eredivisievoetbal uitzenden om AZ – Feyenoord te kunnen zien en hij staakt in 2001 zelfs een zomervakantie met zijn vriendin in Italië om de eerste oefenwedstrijd van Pierre van Hooijdonk in Feyenoord-shirt bij te kunnen wonen. “Het konijntje van mijn zus heette Koko (naar André ‘Koko’ Hoekstra, red.), mijn eerste auto noemde ik Smolarek. Ik kan niet beschrijven hoe belangrijk Feyenoord voor me is. Misschien wel omdat De Kuip en de club er altijd waren, waar ik ook woonde, wat ik ook deed. Daarom is het zo ontzettend bijzonder dat ik de club nu voor VI mag volgen.” Hij had het bij een blik op die bibliotheekvitrine al gezegd. “En dan ook nog in het kampioensjaar.”

Zonder Iwan geen Pippi v duren BrendaKuip

Een mailtje in onze inbox. Afzender: Brenda de Vries. Het is de ochtend voor het thuisduel met Fenerbahçe in de Europa League en ze zegt nu al strak te staan van de zenuwen. “Ik kan niet wachten om straks op mijn fietsje te springen richting De Kuip.” Fietsen naar Feyenoord heeft ze vaker gedaan. De Vries, jaren levend van een uitkering, pakte het stalen ros ooit eens om een uitwedstrijd in Ierland te kunnen bezoeken en dook ondanks haar kleine spaarpot zelfs op bij oefenwedstrijden in Japan. Op haar rug houdt een getatoeëerde Pippi Langkous in Feyenoord-tenue De Kuip omhoog. Maar zonder Iwan van Duren was ze zelf waarschijnlijk nooit in het stadion gekomen.
“Wil je Iwan beter leren kennen? Dan moet je al zijn exen bellen.” Vriend en collega-schrijver Marcel Rözer had het schertsend gezegd, maar VI’s Feyenoord-watcher geeft het toe. “Ik heb inderdaad veel vriendinnen gehad. Die maakte ik altijd duidelijk dat ze me moesten delen met Feyenoord. De club stond op één.”

Zo belandt ook De Vries op Rotterdam-Zuid. Ze is eind jaren tachtig verliefd geworden op Van Duren in het Nijmeegse krakersmilieu en bezoekt samen met hem een NEC-potje. Voetbal, met al zijn commercie en hooliganisme, is not done in de linkse actiewereld, maar De Vries krijgt in De Goffert de smaak te pakken. Wat een sport, wat een sfeer! Als ze dit al mooi vindt, zegt Van Duren, moet ze beslist eens mee naar De Kuip. Hun ‘liefdesbaby’ is geboren. Ze zullen Feyenoord jaren achterna reizen.

Na hun breuk in 1996 verliezen de twee elkaar uit het oog. Tot dit seizoen. Ineens kruisen hun wegen elkaar weer, zoals bij Feyenoord – Fenerbahçe: Brenda zit er als fanatiek aanhanger, Iwan als journalist. “Grappig”, vindt De Vries, die inmiddels is uitgegroeid tot één van de markantste Feyenoord-supporters van de afgelopen twintig jaar, “dat uitgerekend VI’s Feyenoord-volger mij Feyenoord-fan heeft gemaakt.”

Dit artikel is verschenen in de meest recente uitgave van Hand in Hand. Hand in Hand verschijnt periodiek en wordt automatisch verstuurd aan alle leden van De Feijenoorder. Het blad is tevens te koop in de losse verkoop. Lid worden van De Feijenoorder kan hier.

Op de bank met Melina Botteghin

Brazilianen en voetbal: ze gaan heel goed samen. Zo ook Melina Botteghin en voetbal. Sinds ze Eric Botteghin ontmoette op haar zeventiende, weet ze alles van het spel en laat ze zich, hoe klein ze ook is, in het stadion niet onberoerd. “Ik ga de voetbalwereld echt missen als dit allemaal voorbij is. Het is een onzekere wereld en daar houd ik van, er is altijd een nieuwe verrassing.”

Tekst: Ellen Mannens
Beeld: Hélène Meulstee

“Heb je dat filmpje wel eens gezien van Shakira die een wedstrijd van haar vriend Pique bij Barcelona kijkt? Dat filmpje waarin ze bijna te zenuwachtig is om te kijken? … Zo ben ik dus ook in het stadion”, zegt de Braziliaanse Melina Botteghin, getrouwd met Feyenoord-verdediger Eric Botteghin. Om haar woorden kracht bij te zetten geeft ze een kleine demonstratie van wat er gebeurt als de bal te dicht bij het Feyenoorddoel komt. Melina – klein, rank postuur, bordeauxrode lippen, high heels en sprankelende blauwe ogen – schiet rechtop in de bank, prevelt met grote ogen een “Oh my god, oh my god, oh my god”  en laat zich dan met een verlossende zucht weer in de kussens zakken. “Zo dus… Zuid-Amerikaans bloed hè”, verontschuldigt ze zich met een glimlachje.

“Voor ik op mijn zeventiende verkering kreeg met Eric, had ik nog weinig met voetbal. Maar toen ik zijn wedstrijden ging kijken, begon ik het te begrijpen. Ik weet wat buitenspel is en roep dat ook keihard als ik het zie. De mensen op de rijen voor me zijn het inmiddels gewend. Ik hoop dat ze me nog niet zat zijn. Ik ben fanatiek en Rafael (Melina en Erics zoon; red.) wil nog wel eens naar de haren van de persoon voor zich grijpen. Of hij zit te flirten met Sophie Vejinovic.”

‘Ik hoop dat de mensen om me heen in het stadion me nog niet zat zijn’

Rafael, een dag voor het interview één jaar geworden, zit ondertussen rustig met een oud exemplaar van Hand in Hand te spelen. Een glimlach verschijnt op zijn gezicht als hij een foto van zijn vader ontdekt. Rafael heeft de krullen van zijn vader, de blauwe ogen van zijn moeder en, zo blijkt later als de fotografe hem verleidt tot een potje voetbal, ook het talent van zijn vader. Zodra de stoffen bal in de buurt van zijn speelgoeddoel komt, werkt hij hem resoluut weg.

Mooi meisje

Melina was zes toen ze Eric voor het eerst ontmoette. Op school in São Paulo. Maar het zou nog ruim tien jaar duren voor zij en Eric, al dan niet per ongeluk, gekoppeld zouden worden door Erics moeder. “Ik had hem sinds mijn tiende niet meer gezien, omdat Eric naar een andere school ging. Tot mijn moeder zijn moeder tegenkwam in onze kerk. Eric wilde er ook eens komen kijken, maar hij durfde niet alleen. Verlegen jongen hè? Maar hij heeft wel vooraf even aan zijn moeder gevraagd of ik een mooi meisje was… anders was hij niet gekomen!”

Natuurlijk is het mooi dat de liefde daarna oversloeg. Lief ook dat Eric eerst aan Melina’s vader ging vragen of hij haar mee uit mocht nemen. Maar er was nog iets moois aan hun ontmoeting, als het aan Melina ligt: het geloof, en dan vooral het feit dat Eric ontdekte dat het er in de kerk anders aan toe kan gaan dan hij tot die tijd dacht. “God kan mensen echt veranderen”, zegt Melina zonder stichtelijk over te komen.
HiH_Botteghin_1Met hetzelfde enthousiasme als waarmee ze zojuist nog over het spel van Feyenoord sprak, praat ze nu over wat het geloof haar brengt. “Kijk, my carreer is not happening right now, als moeder en vrouw van een voetballer. Toen Eric naar Nederland vertrok om bij Zwolle te gaan spelen, ben ik nog tweeënhalf jaar in Brazilië gebleven om mijn studie Marketing af te ronden. Toen ik naar Nederland kwam, kwam ook de crisis. Solliciteren liep op niets uit. Ik kwam steeds ver, maar moest het toch afleggen tegen Nederlandse kandidaten. Logisch ook dat ze die in tijden van crisis eerst kiezen. Ik heb wel samen met mijn broer een restaurant in Brazilië dat ik vanaf hier aanstuur, maar meer doe ik niet. Gelukkig weet ik dat het mijn roeping is om mensen te helpen. I love that. Mensen laten zien dat ze een reden hebben om te leven. Dat ze het waard zijn.”

Parabel

Dus werd de woonkamer bij de Botteghins wekelijks ingenomen door een groep vrienden, voornamelijk voetballers en hun vrouwen en vriendinnen, voor Bijbelstudie. Eric en Melina zochten er zelfs hun huizen op uit. Het bescheiden rijtjeshuis in Rhoon heeft namelijk een ruime woonkamer. “Maar nu doen we de bijeenkomsten vooral via Skype, want iedereen speelt tegenwoordig ergens anders. We lezen een parabel van Jezus en passen het toe op ons eigen leven. Het is juist mooi om dat met voetballers te doen. Het is een wereld apart. Hoe ga je ermee om als je geblesseerd bent of op de reservebank zit? Je weet van elkaar hoe dat is en kunt erover praten.”

‘My man is a fighter!’

Eric komt ondertussen thuis van de vrijdagmiddagtraining. Een groot ice pack gaat op zijn dikke enkel. “Geraakt door een speler van ADO”, verklaart hij, doelend op de gewonnen bekerwedstrijd. Vanavond een pijnstiller, dan kan hij morgen weer spelen tegen Vitesse. Melina kijkt met een brede lach toe. “My man is a fighter”, zegt ze, terwijl ze met haar armen zwaait om haar woorden meer kracht bij te zetten. Hij zal niet opgeven vanwege een pijntje.”

Daarom was het extra hard dat hij uitgerekend die grote wedstrijd tegen Manchester moest missen door de rode kaart tegen Zorya Luhansk. “En hij kreeg die bal echt in zijn gezicht hè? De dagen erna liep hij rond met een blauw oog. De scheidsrechter besliste anders. Ik zou ook echt niet in de schoenen van een scheidsrechter willen staan, die moet in een fractie van een seconde een beslissing nemen.”

Het liefst had ze die rode kaart persoonlijk aangevochten. “Maar dat kan niet, bij twee keer geel.” De tickets naar Manchester werden gecanceld. Vader Botteghin kwam voor niks naar Europa. “Maar gelukkig kon hij wel mee naar Fenerbahce.”

Stadhuis

Het Europese avontuur mag dan voorbij zijn, Melina is vol vertrouwen over de rest van het seizoen. Zeker met de mentaliteit die de jongens nu laten zien. “Ze zijn er voor elkaar, vangen elkaars fouten op. Ik wil aan het eind van het seizoen wel weer naar het stadhuis. Maar niet op het balkon hoor. Toen ze me bij de bekerhuldiging vertelden dat er maar twintig man tegelijk op mag, omdat het anders instort, ben ik er alleen snel op gaan staan voor een foto. Ik vond het veel te eng.”
HiH_Botteghin_sfeer (2)
De voetbalwereld. Melina zucht even als ze eraan denkt. Wat zal ze hem missen als het voorbij is. “Het is allemaal heel onzeker en daar houd ik van. Die verrassingen. Daardoor voel je dat je leeft!”

Dit artikel is verschenen in de meest recente uitgave van Hand in Hand. Hand in Hand verschijnt periodiek en wordt automatisch verstuurd aan alle leden van De Feijenoorder. Het blad is tevens te koop in de losse verkoop. Lid worden van De Feijenoorder kan hier.